Hittebestendige staalsoorten
Hittebestendige staalsoorten
Hittebestendige staalsoorten zijn altijd hoog gelegeerd met chroom. Door chroomtoevoeging vormt zich een beschermde oxidelaag op het staal, die ook bij hoge temperatuur goed blijft zitten. Andere legeringselementen die hittebestendigheid bevorderen zijn aluminium, silicium en nikkel. Vanwege de aanwezigheid van chroom (en eventueel nikkel) zijn ook de meeste roestvaststaal soorten hittebestendig, zij het iets minder dan de echte hittebestendige staalsoorten.
Bij hittebestendige staalsoorten met een hoger koolstofgehalte kunnen carbiden uitscheiden op de korrelgrenzen bij een temperatuur tussen 500 en 800 °C (afhankelijk van het type staal). Deze carbiden veroorzaken een zekere verbrossing van met materiaal. Indien de verbrossing niet gewenst is, moeten deze staalsoorten niet in dit temperatuursgebied worden toegepast. Door een gloeibehandeling tussen 950 en 1000 °C lossen de carbiden weer op waardoor de verbrossing wordt opgeheven.
Karakteristieken hittebestendige staalsoorten:
1.4713 Wordt algemeen toegepast in de ovenbouw, o.a. voor plaat, buis en onderdelen van meetinstrumenten.
1.4742 Voor onderdelen in de ovenbouw die matig worden belast. Bijvoorbeeld bouten, transportelementen en ovenarmaturen.
1.4762 Voor onderdelen die niet zwaar worden belast maar wel een goede weerstand tegen oxidatie moeten bezitten.
1.4828 Austenitisch hittebestendig staal. Voor plaat en dragende onderdelen in de oven- en apparatenbouw. Betere mechanische eigenschappen bij hogere temperaturen dan de voorgaande stalen. Wordt b.v. toegepast voor kasten voor het carboneren van staal. Deze legering is gestabiliseerd met niobium waardoor verbrossing tussen 600 en 800 °C niet of nauwelijks plaatsvindt.
1.4841 Als 1.4828 echter betere mechanische eigenschappen. Toepassingen: ophangbeugels en emailleerroosters. Tussen 600 en 800 °C vindt carbide uitscheiding op de korrelgrenzen plaats (verbrossing).
Euronorm 95 | DIN Wst. nr. | AISI | Treksterkte N/mm2 | Rekgrens N/mm2 | Rek % | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 600 °C | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 700 °C | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 800 °C | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 900 °C | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 1000 °C | 1% rekkruipgrens (N/mm2) 1.000 uur 1100 °C | T (s) (°C) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
X 10 CrAl 7 | 1.4713 | 520 | 220 | 20 | 28 | 9 | 4 | 2 | - | - | 800 | |
X 10 CrSiAl 18 | 1.4742 | 430 | 600 | 270 | 12 | 28 | 9 | 4 | 2 | 0,7 | - | 1050 |
X 10 CrAlSi 24 | 1.4762 | 440 | 600 | 270 | 12 | 28 | 9 | 4 | 2 | 0,7 | 0,3 | 1200 |
X 15 CrNiSi 20 12 | 1,4828 | 309 SCb | 625 | 230 | 30 | 110 | 45 | 20 | 8 | 4 | 1,5 | 1050 |
X 15 CrNiSi 25 20 | 1,4841 | 314/310 | 675 | 230 | 30 | 105 | 50 | 23 | 10 | 5 | - | 1150 |
Werkstofnummer | DIN Norm | Markering/Handelsnaam |
---|---|---|
1.4713 | X10CrAl7 | Sicro 8 |
1.4742 | X10CrAl8 | Sicro 10 |
1.4762 | X10CrAl24 | Sicro 12 / (446) |
1.4828 | X15CrNiSi20-12 | 4828/309 |
1.4833 | X12CrNi24-12 | 4833/309S |
1.4835 | X9CrNiSiNCe21-11-2 | 253MA |
1.4841 | X15CrNiSi25-20 | 4841 / 310 / 314 |
1.4845 | X12CrNi25-21 | 310S |
1.4864 | X12NiCrSi36-16 | 4864 / RA330 |
1.4876 | X10NiCrAlTi32-20 | 4876 / 800 / 800H / 800HT |
1.4878 | X12CrNiTi18-9 | 4878 / 321 |